PeuterKUNSTclub #thuis: Een eigen museum bouwen

Alles is veranderd door het coronavirus; even samen een museum bezoeken kan voorlopig niet. Net als heel Nederland zitten Adam en ik thuis. Om toch samen van kunst te kunnen genieten ben ik aan het denken geslagen. Hoe kan ik met Adam van schilderijen genieten zonder ze in het echt te zien? En wat blijkt? Met fantasie als middel kom je overal. Gaan jullie mee op stap?

Voordat we naar ons eigen museum toe kunnen gaan we er eerst samen eentje maken. Adam is gek op rondrijden met zijn ‘motor’ dus doen we een helm op en handschoenen aan. De motor wordt schoon gemaakt. Dan gaan we op weg. Het is druk, we staan in de file voor het stoplicht en houden tussendoor pauze. We parkeren de motor netjes in de gang. Gelukkig wonen we in een veilige buurt dus we kunnen de helm en handschoenen bij de motor laten liggen. Dan gaan we ons museum binnen.

We beklimmen de trap. Ons museum heeft een lange trap met een blauw tapijt. We halen onze museumkaart uit onze zak en scannen deze voor de deur van Adams kamer. Joepie eindelijk we zijn er! We gaan naar binnen.

Maar kunstkijken zit er voorlopig nog niet in. Wij moeten nog heel veel verbouwen. Alles is kapot en moet gerepareerd worden. Gelukkig hebben we een koffertje met gereedschap meegenomen. We gaan samen druk aan het werk. Poeh poeh wat zijn wij druk. Ik zweet!

De collectie wordt samengesteld

Even uitpuffen op de zitzak en een banaantje eten. ´Wij zijn een hele drukke jongen en vrouw hè?´ zegt Adam. Ik knik instemmend. Na een korte pauze gaan we weer verder. Gelukkig besluit Adam al snel dat we bijna klaar zijn. We vegen alles schoon en doen wat afval in vuilniszakken.

Nu is het tijd voor het inrichten van de museumzaal. Samen, heel voorzichtig, brengen we alle kunstwerken naar binnen. We trekken handschoenen aan om te voorkomen dat er schilderijen kapot gaan. We kiezen onze favorieten en hangen deze aan de muur.

Zo, en nu de plattegrond erbij pakken. Naar welk schilderij gaan we het eerste toe? ‘Rembrandt!’ Roept Adam resoluut. Eens fan altijd fan blijkt maar weer. We schuifelen samen naar de ets van Rembrandt. Een klein werkje. We gaan samen op de grond zitten zodat we het kunstwerk goed kunnen bekijken.

-Wordt vervolgd-

P.S: Wil jij met jouw peuter ook meedoen aan de PeuterKUNSTclub #thuis? Plaats dan een reactie op de site.

PeuterKUNSTclub: Ik ben 2 en zeg museum: ‘Kukelekuuuuuuuu’

Sinds gisteren zijn, om het Coronavirus tegen te gaan, alle musea gesloten. Om tóch te kunnen blijven genieten van kunst neem ik jullie mee op stap. We gaan samen met mijn gezin een jaartje terug in de tijd en bezoeken het Mauritshuis in Den Haag.

We klauteren de trap op naar de tweede verdieping van het Mauritshuis in Den Haag. ‘Papaaaaa’, roept Adam. ‘Die is al boven met de lift’ zeg ik. Boven in de zaal vinden we papa. We kijken om ons heen. Adam loopt op een schilderij af. Er zijn geen veiligheidshekjes, de streep op de grond begrijpt hij niet. Ik snel naar Adam toe en til hem op.

‘Welk schilderij wil je zien?’ vraag ik. Hij wijst opzij. ‘Boemkool’ hoor ik in mijn oor. We gaan zitten en spelen eventjes samen voor het schilderij met al het fruit. Papa doet ook mee. Adam is onrustig en wil weer verder. We dwalen de gangen door en eten elke appel die we tegen komen.

‘Citroen… heel zuur’ zegt Adam in elke zaal. Als we bijna klaar zijn lopen we een schilderij met kippen voorbij. Adam probeert zich uit mijn armen te wurmen. ‘Kip..kip’ zegt hij opgewonden. We blijven stil staan. Papa loopt verder. We speuren samen het schilderij af en vinden nog veel meer kippen, eitjes in een rietenmandje, pauwen en zelfs een duif!

Jan Steen, De kippenhof ca 1625, Mauritshuis in Den Haag

‘Wat zit er in die andere mand?’ vraag ik. ‘Kijke..kijke…’ We buigen iets voorover. Duiven fluister ik in zijn oor. ‘Opa’, zegt hij. Ja klopt. Duiven en opa worden altijd samen genoemd. Papa komt weer terug, we staan nog steeds voor het schilderij. We breken een eitje en roeren heel hard in de pan. ‘Adam opeten’, zegt hij en stopt het hele eitje in één keer in zijn mond.

‘Laten we gaan’, zegt papa. Adam en ik kijken nog een keer naar het schilderij en spelen verder. ‘Wat zit er in het blauwe kommetje?’ Even is Adam stil dan worden zijn ogen groot. ‘Melk!’ gilt hij. ‘Sssst! Niet zo hard Adam’ ‘Adam ook melk drinken?’, vraagt hij. Papa knikt en wenkt ons. Hij heeft gelijk. We zijn hier al lang; altijd stoppen op je hoogtepunt. Adam zegt alle dieren op het schilderijen één voor één gedag en laat zich dan weer tegen mij aan zakken. Schilderijen kijken maakt moe.

We nemen de lift terug naar beneden en snellen naar de winkel. Adam speurt de rekken af op zoek naar zijn favoriete schilderij. ‘Haan, haan’ hoor ik steeds. Helaas we zien alleen maar andere kaarten. Op de bovenverdieping heeft de winkel nog een collectie kaarten. Adam klimt het trappetje op. De dame achter de kassa houdt hem in de gaten. Maar Adam is niet geïnteresseerd in de andere spullen en loopt naar het kaartenrekje toe. Hij draait hard aan en rek, dan stopt hij abrupt. ‘HAAN!’ Ik hurk naast hem neer en herken het schilderij.

PeuterKUNSTclub: ‘Mama, wat doet hij?’

‘Komt de bus nu?’ Hij doet een peuter stap naar voren en buigt door zijn knietjes. ‘Nog even wachten,’ zeg ik. ‘En nu?’ ‘Bijna..’ ‘We gaan ook met de metro, toch?’ vraagt hij. ‘Ja.’ ‘En ook met de boot. En broodjes eten op het station?’ Bij elke vraag kijkt hij mij aan en knik ik braaf. De opsomming herhaalt zich tot we voor de deur van het Eye Filmmuseum staan.

We proppen al onze spullen in een kluisje. Maar ‘zelf’ de code intoetsen en vergrendelen blijkt een vaardigheid op zich. Met de toegangskaart voor de tentoooooonstelling klauteren we de trap op.

Als we de zaal binnen stappen worden we verwelkomd door een heleboel grote schermen met filmpjes. Even staan we stil, maar hij gaat meteen op onderzoek uit.

‘Wat doet hij?’, vraagt Adam. Hij houdt stil voor een groot scherm met water. Hij staat en kijkt. Ik kan iets leren van zijn onvolwaardige aandacht, één scherm, één verhaal. Hij lijkt haast gehypnotiseerd.

Francis Alÿs, Children’s Games in Eye Filmmuseum

‘Wat doen ze?’ ‘Is dat de zee?’ ‘Waarom is het afgelopen?’ Een storm aan vragen. Hij wil achter mij aanlopen maar de film begint opnieuw. Hij houdt stil, draait een stoel om en gaat zitten.
‘Waarom gooien ze?’ ‘Worden ze nat?’ Hij blijft kijken. Heel lang.

Ik vraag: ‘Ga je mee ergens anders kijken?’ ‘Nee.’ ‘Ik kom zo terug,’ zeg ik. Hij knikt en verroerd zich niet. Ik wandel rustig door de tentoonstelling en loop daarna weer terug. Hij zit nog exact op dezelfde plek. Ik aai over zijn hoofd. ‘We gaan naar huis, ga je mee?’
Hij blijft zitten. ‘Wat zegt die? Hoe kijkt hij?’

Rustig wandel ik naar de deur en wenk hem. Adam werpt nog een blik op het scherm, zwaait en rent naar mij toe. We gaan met de boot, eten een broodje, nemen de metro en missen de bus.
‘Waarom?’ We lopen in peutertempo terug naar huis.

Tijdens het avondeten vraagt hij: ‘Waarom gooiden de jongens steentjes?’
‘Omdat ze dat leuk vonden.’
‘Maar waarom?’
‘Weet ik niet.’ Adam fronst zijn hoofd en concentreert zich weer op zijn avondeten.

PeuterKUNSTclub: ‘Ik ben 2 en zeg museum: ‘Jammm jammm…’ smakt hij.

‘Kijk Adam, daar is het museum’, roep ik. Adam kijkt op in de richting van mijn uitgestoken vinger. Ik stil til hem uit zijn fietsstoeltje en zet hem op de grond. ‘Mama optillen’ Adams meest geliefde uitspraak. ‘Nee joh! Adam is een grote jongen. Geef Mama maar een handje’, zeg ik. Hij grijpt mijn hand. Samen lopen we heel zachtjes langzaam richting het museum. Het is druk. Om de paar meter blijft hij staan en neemt de omgeving in zich op.

We gaan de draaideur door en lopen de trap af. Stapje voor stapje. Hij knijpt in mijn hand. Als we het Rijksmuseum binnenkomen blijft hij staan. ‘Optillen’ , hoor ik. ‘Kom we gaan onze jas opbergen en dan naar het schilderij’, zeg ik. Adam volgt mij en probeert al lopend zijn jas uit toen. De sleuteltjes in de kluisjes worden gedraaid en deurtjes dicht gegooid. Adam rent er op af en doet de andere bezoekers na.

‘Goed zo Adam, je hebt een kluisje gevonden’ Ik kurk hurk neer bij Adam en prop onze spullen in het kluisje. We gaan verder richting de trap. Vandaag staan twee schilderijen van de Eregalerij op het programma.

‘1,2…3’, tellen we samen alle treden. Het is een enorme klim voor een mannetje van 2. Boven moeten we even bijkomen en wandelen rond. Op de vloer, van mozaïek, zien we dieren. ‘Paard….krokodil’, roept Adam bij alle dieren die hij tegen komt. We lopen een rondje, stappen en stampen op de dieren. ‘Dat is geen krokodil maar een duif net als bij opa.’ Samen duwen we de glazen deur op en lopen de grote museumzaal binnen. Adam knijpt harder in mijn hand. Ik zie dat hij omhoog om zich heen kijkt.

Voor het schilderij ‘Het vrolijke huisgezin’ van Jan Steen gaan we zitten. We blaffen net als het hondje en spelen een zoekspelletje met de lepels, pannen en de mixer. Die laatst kan, denk ik, alleen Adam zien. In gedeelte van de zaal zien we een schilderij met een stilleven van fruit en exotische bloemen. Adam kijkt ernaar en roept ‘Appel!’.

Festoen van vruchten en bloemen, Jan Davidsz. de Heem, 1660 – 1670, Rijksmuseum in Amsterdam

‘Adam wil je een appel?’ Hij knikt. Ik rijk omhoog. Oef, poeh. Het lukt net. Ik houd een denkbeeldige appel voor zijn neus. ‘Pak jij de appelboor’ Adams favoriete keukenattribuut. Hij speelt met mij mee en graait in mijn tas. Een appelboor komt tevoorschijn. Grrmmmm. Adam draai behendig in mijn handen. Jammm jammm smakt hij. ‘Drinken’ We halen water uit de rivier van het schilderij naast ons. Smullen ook van de druiven, pellen de manerijn mandarijn. Adam weigert een hapje van een pruim. Heel behendig verdeeld hij de meloen in stukjes Hij morst water en veegt het schoon. Ik kietel hem en fluister; ‘wat een vol buikje.’ Zijn schaterlach klinkt door de zaal. ‘Adam lopen’, besluit hij en gaat staan. We lopen rustig verder.

Even stoppen we voor een schilderij met een grote boze zwaan maar Adam is niet geïnteresseerd en trekt mij mee. ‘Nog meer fruit’ Hij gaat weer op de grond zitten. ‘Mama, appel!’

PeuterKUNSTclub: Ik ben 2 en ik zeg museum: ‘START!’

‘Waar zullen we vandaag heen gaan?’, vraag ik aan mijn tweejarige zoontje. Hij zit op de grond en probeert de slippers van zijn vader aan te doen. Hij hoort mij me niet. Zijn voet stilhouden eist al zijn aandacht op. ‘Adam, waar wil je naartoe vandaag?’, herhaal ik.

‘Pitteeeeee!’, roept hij vrolijk en steekt zijn armen in de lucht. Hij heeft de slippers aangekregen. Er druppelt kwijl uit zijn mond als hij probeert overeind te komen. Even wankelt hij maar daarna staat hij stevig. Meteen kijkt hij naar mij, of ik het gezien heb.

‘Goed zo’, zeg ik. Hij straalt en lacht. ‘We gaan op pad. Waarheen?’, vraag ik opnieuw. ‘Muis!’, roept hij. Meteen komt hij naar mij toegelopen. Hij schudt zijn hoofd. ‘Nee Muis niet eng.’ Ik gniffel.

Vorige week zijn we naar het Amsterdam Museum geweest, waar een speciaal kindergedeelte is. Super leuk! Als we daar niet heengaan zijn we te vinden in het Tropenmuseum. Nog een museum waar genoeg ren en speel mogelijkheden zijn.

‘Metroooo?’ ‘Nee we gaan op fiets’, vertel ik Adam. Hij kijkt mij me even aan maar rent daarna richting de gang. ‘Elm, elm op?’, hoor ik hem roepen. Ik knik en geef hem opdracht om zijn jas en schoenen te pakken. In gedachten verzonken help ik Adam met aankleden. Dit keer wil ik ergens anders naar toe maar waarheen?

We gaan vaak naar de bibliotheek, dat vindt Adam heerlijk. Spelen met andere kinderen en boekjes lezen. Als het lekker weer is klimmen we rond in de speeltuin of knuffelen we de geitjes op de kinderboerderij. En natuurlijk.. brraaaa.. leeuwen kijken in Artis.

Als het regent denk ik vaak, naar welk museum kunnen we gaan? Volgens bloggende ouders die tips geven over kindvriendelijke musea, zijn veel musea zijn niet goed ingesteld op jongere kinderen. Daarnaast vraagt men zich vooral ook af “wat een moet een peuter nou met een schilderij?”

Mijn kunst educatieve hart gaat sneller kloppen. Ik denk namelijk dat het een misvatting is om je kind alleen mee te nemen naar “kindvriendelijke”musea. Het gaat juist net als bij volwassenen om de persoonlijke beleving van de collectie!

Dus…een mooie testcase voor Adam.

‘Hoe krijg ik onze peuter wel geïnteresseerd in het schilderij?’

‘Je wordt wel moe van kunst kijken hè?’

Adam en Zola zijn voor de allereerste keer in het Rijksmuseum. Hun kinderwagens staan naast elkaar, ze wisselen een blik uit. Zola moet lachen, Adam kijkt met grote ogen om zich heen. Dan dwalen we (de moeders) ieder op eigen tempo door de tentoonstelling.

Adam en Zola

Mijn aandacht wordt getrokken door een gedetailleerde tekening van drie stokstaartjes. Adam spuugt zijn speen uit. Hij begint vrolijk met zijn beentjes te trappelen en geluidjes te maken.
“Aaaaah”, Klinkt het hoog en zachtjes door de zaal. Verderop zie ik Zola nieuwsgierig om zich heen kijken. “Aaah ah” Gevolgd door een grote glimlach.
Ik kijk naar Adam, hij hoort het ook. “Aaaaaah” Zijn volume neemt toe. Weer reageert Zola, haar wangetjes worden roder. Terwijl ik luister naar de vrolijke geluidjes probeer ik mij in te beelden wat ze zouden zeggen.

“En wat vind je?”
“Heel mooi, heb je dat skelet al gezien?”, wilt Zola weten.
“Dat vind ik eng”
“Oh… je bent ook nog klein”
“Helemaal niet…ik ben al vier maanden, drie weken en één dag oud”, schept Adam op. Zola lacht en begint met haar speen te spelen. “Ik ben over twee weken precies 10 maanden oud” Adam draait zijn hoofd weg, daar kan hij niet tegen op.
Even blijft het stil.
Zola gaapt. “Je wordt wel moe van kunst kijken, hè?” Maar Adam reageert niet meer, hij is met mond open in slaap gevallen.

‘Gaan we morgen weer mama?’

Vandaag ben ik voor het eerst weer naar een museum geweest. Maar dit keer als moeder. Is dat anders, zou je misschien denken? Nou geloof mij, zeker wel!

Mijn zoon is 3,5 maand oud. Ik voelde een mix van enthousiasme en spanning terwijl ik hem klaar maakte voor zijn eerste museumbezoek. Met een volle luiertas, om ramp scenario’s te voorkomen, ging ik op pad.

Eenmaal onderweg werd het moeilijker, want naar welk museum moest ik gaan? Een kinderwagen bleek een lastige accessoire voor een bezoek aan een museum: alle musea in grachtenhuizen vielen al af. Omdat bereikbaarheid nu ook een belangrijke rol speelt besloot ik naar een van de drie grote musea te gaan op het museumplein.

De rijen bij het Rijks- en het van Goghmuseum waren zolang dat we vermoedelijk pas met mijn zoons volgende voedingstijd binnen zouden zijn. De keuze werd dus voor mij gemaakt: het Stedelijk Museum. Bij binnenkomst ontdekte ik dat er meer mensen hetzelfde idee plan hadden opgevat. ´Het is voorjaarsvakantie´ schiet het door mijn hoofd. Gelukkig ging de rij snel. Daarna werd ik begeleid naar de tentoonstelling via een kruipdoor- sluipdoor weggetje. Heel sjiek die persoonlijke begeleiding!

Kunst kijken en een kind wiegen bleek een verrassend ontspannende combinatie te zijn. Mijn zoon heeft zich voorbeeldig gedragen. Gelukkig maar, stel je voor dat hij keihard ging huilen…? Aan het eind van mijn bezoek werd ik weer, even sjiek, naar buiten begeleid.

De kinderwagen begon licht te schudden. Hij werd wakker. Met een grote lach op zijn gezichtje keek hij mij aan. ‘Gaan we morgen weer mama?’