Dagboek: ‘Mama, hoe ziet je buik er uit als de baby er uit is?’

Ik tel de dagen af. Het duurt nu niet lang meer. Sterker nog ik wéét dat het bijna zover is. Ik zit in mijn eigen bubbel en fantaseer over wat komen gaat. Hoe zou mijn tweede zoon eruit zien? Hoe zou het gaan samen met Adam?

Om mij heen gaan klinken allerlei nieuwe strengere maatregelen om het coronavirus onder controle te krijgen. Winkels, musea en scholen die dicht zijn. Vragen en onduidelijkheden over hoe en of mensen kerst kunnen vieren dit jaar. Veel negativiteit en onzekerheid. Ik hoor en zie het wel maar de kleine schopjes in mijn buik maken het minder erg. De komende tijd zal onze bubbel, met zijn viertjes, nog groter worden dan toen Adam geboren werd. Nauwelijks bezoek of vermaak buitenshuis. Ons eigen fort in Amsterdam Noord met onze grote kleurrijke kerstboom en twee prachtige mannetjes er omheen.

Adam probeert alles te begrijpen. Hij heeft de schopjes als vaak gevoeld, mijn buik gekust, maar ook de buik weg geduwd als hij weer eens van mijn schoot af viel. Hij praat tegen de baby en bedenkt allerlei dingen die de baby nog niet kan en hij wél. De baby kan toch thuisblijven als we naar een museum gaan? Of hij kan toch op het dak zitten van de auto? Toen Adam hoorde dat de baby zelf kiest wanneer hij eruit komt zei hij: ‘Mama, de baby mag ook wel vandaag komen. Dan ga ik naar Ama en Apa’. Hij gaat immers logeren bij opa en oma als de bevalling begint. Gisteren vroeg hij: ‘Hoe ziet je buik er uit als de baby er uit is?’ ‘Wat denk jij?’ ‘Ik denk slap’. Confronterend maar heel waarschijnlijk. Vandaag vroeg ik aan Adam: ‘Waarom ben je zo druk?’ ‘Omdat ik het spannend vind dat de baby komt’. Een dikke knuffel volgde: ‘Ik ook’.

Geen idee hoe alles eruit ziet de komende tijd. Voor nu kruip ik lekker in mijn eigen bubbel. Ik maak foto’s van mijn dikke buik in de tuin omdat de straat uit lopen, de auto pakken of de fiets niet meer lukt. Maar wat geeft het, alles is dicht en wij krijgen in tegen stelling tot anderen een drukke kerst met een bijzondere lang verwachte gast. Ik blijf tellen.

PeuterKUNSTclub: ‘Ze heeft teveel toetjes gegeten’

‘Mama! Wat heb je verteld aan de kindjes vandaag?’ vraagt Adam bij thuiskomst. Ik werk sinds kort als kunstdocent op een basisschool. We gaan op de bank zitten en Adam haalt mijn werkmap uit mijn tas te voorschijn. Elke avond wil hij óók kijken naar kunst en mijn verhalen horen.

Marcus Gheeraerts the Younger , Portret van een dame in rood, 1620, Tate Modern in Londen.

‘Wie is dit?’ Hij houdt een afbeelding van een portret omhoog. ‘Weet ik niet. Wat denk jij?’ ‘Een prinses’ ‘Waarom?’ ‘De jurk is mooi. Ik wil ook zo’n jurk’ ‘Dat kan. Wat vind je het mooist?’ Adam wijst naar de bloemmotieven op de rok van de mevrouw. Even kijkt hij zonder iets te zeggen.

‘Ze heeft haar hand op haar buik’ zeg ik. ‘Waarom, Mama?’ ‘Wat denk je?’ ‘Ik denk dat ze buikpijn heeft’ ‘Misschien. Haar buik is dik, zie je dat?’ ‘Ooh, ik weet het! Ze heeft te veel toetjes gegeten’, verklaart Adam.

‘Wie weet. Maar mijn buik is ook dik’ Adam springt op. ‘Ze heeft ook een broertje in de buik!’ gilt hij. Ik lach. ‘Ze krijgt ook een baby’. ‘Een meisje is een broertje toch?’ Ik schud mijn hoofd. ‘Een zusje’ ‘En ik krijg een broertje en dat is een jongen. Ik ben ook een jongen en papa is een man’. Ik knik. Fijn dat we dat ook weer opgehelderd hebben.

Adam stopt de afbeelding terug in mijn werkmap. ‘Mama, zullen we nu een toetje eten?’