Maandag 23 september was de aftrap van de PeuterKUNSTclub in het Rijksmuseum. Enthousiast liepen Adam en Zola hand in hand met mij mee door de eregalerij.
Grote hoeden en laarzen kijken, het apparaat met zwaailicht voor de Nachtwacht. ‘We kunnen hem niet zien hé?’, zegt Adam. De kleintjes krijgen trek na al het kijken. We gaan zitten voor het schilderij Festoen van vruchten en bloemen van Jan Davidsz. de Heem. Wat is hier veel lekkers op te zien! Zola gaat op haar tenen staan en pakt een trosje druiven. Een voor een plukken ze er een druifje af. Ook een bekertje water erbij, uit de rivier met eendjes in het schilderij ernaast, voor de dorst.
Daarna lopen ze samen naar Het vrolijke huisgezin van Jan Steen waar ze heel behendig een stukje brood afsnijden. Het hondje begroet hen blaffend, heel voorzichtig aait Adam het hondje. Zola durft niet en kijkt op veilige afstand toe.
‘Willen jullie naar de winkel of het portret van Rembrandt zien?’, vraag ik. Adam roept meteen ‘Rembrandt zien!’ Hij trekt Zola mee aan de hand en loopt voor ons uit naar de zaal waar we vorige keer geweest zijn. ‘O, nee de tentoonstelling is afgelopen. We kunnen er vandaag niet naar toe’, zeg ik.
‘Waarom? Waar is Rembrandt in het donker?’, vraagt hij. Ik probeer het uit te leggen en leid de aandacht af door samen eventjes te kijken bij het beeld van Shiva Nataraja. Ze kijken allebei naar het beeld.
‘Hoeveel armen zien jullie?’ We tellen samen. Dat is gek. Het zijn er drie! Maar ook met twee armen kunnen we net zulke zwierige bewegingen maken als Shiva. En ook springen! Joepie.
Ze kiezen ieder een kaart uit in de museumwinkel en schrijven samen met mij op wat ze allemaal gezien hebben. Rembrandt, apparaat en fruit eten schrijven we op. Het is het tijd om naar de tuin te gaan. Lekker stukjes komkommer eten. Adam en Zola kletsen na en kijken naar de fontein. Ook renen rennen ze samen op en neer, want dat mag niet in het museum. Ren je mee?